Jorinde Praet 2008
dochter P. Praet ZZ5
2008 het jaar waar ik dan eindelijk Mosselprinses was. Zolang ik mij kan herinneren weet ik al dat ik ooit een keer zo’n mooie jurk aan mag en Mosselprinses mag zijn op Havendag. Mijn moeder en zus waren mij al voor gegaan. In het najaar van 2007 kwam mijn moeder naar mij toe met de vraag. Daar hoefde ik niet lang over na te denken! Ja, natuurlijk. Dan komt de spannende en leuke tijd. Allereerst een afspraak bij Wim Schot om door te spreken hoe en wat.
En dan is het zover om te gaan zoeken naar wat voor soort jurk ik wil. Wat ik meteen wist, was dat ik een roze jurk wilde. Vraag niet waarom, want dat weet ik niet. Samen met mijn moeder ben ik naar Goes gegaan, waar ze galajurken verkochten. Zo kon ik ideeën op doen voor mijn jurk. Echter zat hier niet dé jurk tussen. Ramona de Vos werd mij aangeraden voor het maken van de jurk. Zij had dit namelijk al meerdere jaren gedaan. Dus daar maakte ik ook een afspraak. Zij had tijdschriften vol met bruidsjurken. Aan de hand hiervan, in combinatie met mijn ideeën, is mijn jurk ontstaan. Het was ook spannend om een jurk te laten maken, want je weet gewoon niet hoe het eindresultaat wordt en je moet het er uiteindelijk toch maar mee doen! Gelukkig was ik helemaal
tevreden met mijn jurk.
Dan komt de dag dichterbij. Hoe kan ik bij de kapper komen, zonder dat iemand door heeft dat ik Mossel- prinses ben? Want bij ons thuis weet iedereen wat het betekent als je op de Havendag ’s ochtends vroeg naar de kapper gaat. Maar ja, elke andere smoes zullen ze toch ook door hebben? Uiteindelijk ben ik bij een vriendin gaan logeren. En dit zonder dat ik vragen kreeg. Achteraf hoorde ik wel dat mijn broer en zus op zaterdagochtend vragen gingen stellen aan mijn moeder.
“Bij de kapper aangekomen, worden mijn haren in de krul gezet. Dan heb je opeens heel veel haar!”
Daarnaast nog de toespraak een paar keer doornemen. Spannend! En dan is het zover. We vertrekken naar de tent op de Engelse Kade. Dan nog eventjes wachten tot mijn moment van binnenkomst is. En dan mag ik naar binnen. Alle ogen zijn op je gericht. Maar op één of an- dere manier heb ik daar vandaag totaal geen moeite mee. Zelf zoek ik tussen al die mensen mijn ouders, want hun reactie vind ik toch het leukste. Vol trots zijn ze dan ook! Mijn moeder had het eindresultaat van mijn jurk ook nog niet gezien. En voor mijn vader was het natuurlijk een verrassing al had hij wel zijn vermoedens. Na gegeten te hebben komt de toespraak. Gelukkig ging dit goed. Het ritje met de burgemeester in de koets was in het begin wat onwennig. Het was nog niet druk om de kade en dan moet je zwaaien… Aan boord gaan was heel leuk. Allemaal bekenden. Iedereen is positief en lovend over je. Zo’n sfeertje zou altijd wel aanwezig mogen zijn. De rest van de dag is ontspannen en vrolijk verlopen. Gezellig rondlopen op de haven en naar iedereen lachen. Kinderen vonden het soms wat eng om je te benaderen, maar kijken vol bewondering naar je.